01-06-2024 JOURE – De Nederlandse Akkerbouwvakbond (NAV) is zeer bezorgd over de gevolgen van het zeer natte en late voorjaar. Als gevolg van de weersomstandigheden is het zaai- en pootseizoen voor een reeks gewassen sterk vertraagd. De organisatie roept minister Adema van LNV op om enkele uiterste datums voor uitvoering van maatregelen die in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en het zevende Actieprogramma Nitraatrichtlijn gelden te verschuiven of te schrappen.
Voor de inzaai van een groenbemester op braakland was aanvankelijk de eis dat er per 31 mei sprake moest zijn van 80% grondbedekking om in aanmerking te komen voor goedkeuring binnen de regels van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Deze termijn is vanwege de weersomstandigheden al opgeschoven naar 15 juni, maar ook deze datum wordt onhaalbaar stelt de NAV. De organisatie vraagt om de datum van 15 juni te hanteren als uiterste zaaidatum.
Vanuit de nitraatwetgeving geldt voor de teelt van consumptieaardappelen op löss- en zandgrond een verplichting om voor 1 oktober van het jaar het gewas te oogsten en een vanggewas in te zaaien. De sanctie bij niet voldoen aan deze eis is een korting op de bemestingsnorm in het volgende teeltjaar. Doordat er net als in 2023 pas laat kan worden gepoot, is volgens de NAV nu al te voorzien dat aardappels op 1 oktober niet overal oogstrijp zullen zijn. Daarom vraagt de akkerbouworganisatie aan de minister om die voorwaarde uit de wetgeving te schrappen.