Werkloosheid in mei gedaald naar 3,6 procent

22-06-2024 JOURE – Het aantal werklozen is in de afgelopen drie maanden afgenomen met gemiddeld 4 duizend per maand. Daarmee waren in mei 367 duizend mensen werkloos, dat is 3,6 procent van de beroepsbevolking. In april was dat nog 3,7 procent. Het werkloosheidspercentage schommelt sinds de zomer van 2023 rond de 3,6. Het aantal werkenden is toegenomen. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers. UWV registreerde eind mei 171 duizend lopende WW-uitkeringen, 500 meer dan eind april.

In mei waren er ruim 9,8 miljoen mensen met betaald werk. Nadat de toename in de eerste maanden van dit jaar stagneerde, groeide in de afgelopen drie maanden het aantal werkenden weer met gemiddeld 10 duizend per maand.

Om verschillende redenen hadden bijna 3,6 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar in mei geen betaald werk. Naast de 367 duizend werklozen ging het om bijna 3,2 miljoen mensen die niet kort geleden naar werk hebben gezocht en/of daarvoor niet direct beschikbaar waren. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Het gaat vooral om mensen die met pensioen zijn of niet kunnen werken door ziekte of arbeidsongeschiktheid. Gemiddeld over de afgelopen drie maanden daalde het aantal mensen buiten de beroepsbevolking met 5 duizend.

UWV: Aantal WW-uitkeringen nam in mei licht toe
Eind mei verstrekte UWV 170,8 duizend WW-uitkeringen. Dit zijn bijna 500 uitkeringen meer dan eind april (+0,3 procent). Er kwamen 23,9 duizend nieuwe uitkeringen bij en er werden 23,4 duizend uitkeringen beëindigd. Sinds oktober 2023 nam het aantal WW-uitkeringen vrijwel elke maand licht toe.

UWV Verschillen tussen sectoren
Het aantal WW-uitkeringen steeg in mei 2024 het meest in de sectoren overheid (+4,1 procent), de voeding- en genotmiddelenindustrie (+3,8 procent) en in de schoonmaak (+3,8 procent). Er zijn ook sectoren waarin het aantal WW-uitkeringen in mei juist afnam. Bijvoorbeeld in de landbouw (-6,9 procent), bouw (-6,9 procent) en in de uitzendbranche (-4,4 procent). In deze sectoren is in het voorjaar meestal weer meer werk te vinden.

Jeugdwerkloosheid gedaald
De werkloosheid daalde in mei het meest onder jongeren, van 8,7 naar 8,4 procent van de beroepsbevolking van 15 tot 25 jaar. In deze leeftijdsgroep ligt de werkloosheid aanzienlijk hoger dan bij 25-plussers. In de voorgaande 12 maanden waren er ook grotere schommelingen in het werkloosheidspercentage onder jongeren. Het gaat bij de jeugdwerkloosheid meestal om onderwijsvolgende jongeren die een bijbaan zoeken.

In mei daalde de werkloosheid onder 25- tot 45-jarigen licht, van 3,1 naar 3,0 procent van de beroepsbevolking. Bij de 45-plussers bleef deze met 2,1 procent gelijk.

Iets meer uitstroom dan instroom
De ontwikkeling van de werkloosheid is het resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en de niet-beroepsbevolking. Het schema hieronder laat die stromen zien. De figuur daaronder toont de ontwikkeling van die verschillende stromen in de afgelopen maanden.