15-04-2024 JOURE – In een enquête van de vakgroep Melkveehouderij van LTO waarin werd deelgenomen door ruim 1400 melkveehouders voorziet 73% financiële problemen vanwege de mestafzet. Van de respondenten denkt 43% geen afnemer te kunnen vinden voor de mest en 22% heeft te weinig opslag. In het onderzoek geeft 26% aan vorig jaar of dit jaar voor het eerst mest te moeten afzetten.
Doordat er plaatsingsruimte wegvalt, verwacht 66% van de melkveehouders in het onderzoek dit jaar meer kunstmest te moeten kopen dan in voorgaande jaren. respondenten ervaren ook problemen bij het maken van afspraken met afnemers van mest en intermediairs. Van de deelnemers zegt 18% dat afspraken niet worden nagekomen en bij 22% moet de mest worden afgezet op het moment dat het niet past.
In het onderzoek werd ook de sociaal-emotionele impact van de mestcrisis gepeild. Van de deelnemers geeft 39% aan zich machteloos te voelen, 35% ervaart stress en 52% maakt zich zorgen over de toekomst van het bedrijf. Daarnaast geeft 24% aan de gevolgen niet goed te kunnen overzien, 17% weet door de mestcrisis niet of het bedrijf nog kan worden overgedragen en 8% overweegt te stoppen. Slechts 6% ervaart geen gevolgen.
In het onderzoek van LTO geeft 76% van de deelnemende melkveehouders in een derogatie op blijvend grasland voor het eigen bedrijf een passende oplossing te zien en 87% is van mening dat er een derogatie verleend zou moeten worden op al het grasland.
Extensiveren door extra grond aan te kopen of minder koeien te houden, zien de meeste melkveehouders niet als een oplossing, waarschijnlijk vanwege de financiële gevolgen. Bijna 31% ziet een ruimere vrijwillige opkoop als een maatregel die kan bijdragen aan een oplossing. Melkveehouders noemen ook een norm voor de veebezetting, evenwichtsbemesting en een afrekenbare stoffenbalans.